Vita Beati Gerlaci Eremytae


 HOOFDSTUK XVIII 

Over het feit dat de Heilige Servatius hem tijdens zijn doodsstrijd bijstond 

42. Nu we verslag gaan doen over alles wat de gelovigen aangaande zijn zalig overlijden vertellen, aarzelt het verstand, worden de gedachten onzeker, beeft de hand bij het schrijven. Er zijn nochtans betrouwbare personen die standvastig, zelfs koppig bij hun verklaringen blijven. Maar er zijn ook zangers, wier hoofddoel het is met hun gezang mensen te behagen en ook zij bezingen in hun liederen herhaaldelijk wat wij nu gaan vertellen.

Zo verhalen zij dat op het moment dat de Heer de zegevierende strijd van Zijn dienaar met onvergankelijke glorie ging bekronen en besliste dat Hij Zijn heilige op zou roepen voor het eeuwigdurende gastmaal, op het moment dus dat het uur van heengaan aanbrak, de priester die gewoon was met hem de heilige mysteriën te vieren, toevallig afwezig was. Abten en andere religieuzen, aan wier zorg hij door de bisschop was toevertrouwd, waren door een bode opgeroepen, maar konden onmogelijk ter plaatse geraken vóór het heengaan van de man Gods. De clerici van Meerssen, die in de nabijheid woonden, zeiden dat hij niet tot hun ambtsgebied behoorde, dat het niet hun taak was voor zijn ziel te zorgen, omdat hij door de bisschop immers onder de hoede van andere religieuzen was gesteld. Toen hem dit werd medegedeeld vreesde de man Gods, die in de grootste pijnen zijn einde naderde, niet, maar hij hield het anker van zijn hoop op Christus gevestigd en in aanwezigheid van de velen die naar hem toe gekomen waren zei hij: "Ik weet op wie ik vertrouw en ik ben er zeker van dat Hij, Die ik gediend heb, niet de vele inspanningen zal vergeten die ik mij uit liefde voor Hem heb getroost".

En zie, een eerbiedwaardige grijsaard in een sneeuwwit kleed, voorafgegaan door een jonge man, trad ten aanschouwe van allen binnen in het vertrek waar de man Gods in doodsstrijd verkeerde. Hij groette allen en naderde tot bij de zalige Gerlach die aan het einde van zijn kommervolle leven gekomen was. Hij sprak tot hem woorden van troost als tot een vriend die naar zijn vaderland terugkeert, sterkte hem met het heilzame viaticum en met alle genademiddelen die men pleegt te geven aan gelovigen die op het punt staan dit leven te verlaten.

Toen alles volbracht was, zei hij vaarwel en ging heen en, zo wordt gezegd, naderhand werd hij door niemand meer gezien. Vandaar dat tot op de dag van vandaag de meningen omtrent zijn persoon verdeeld zijn. Sommigen beweren dat die man een abt was. Anderen evenwel houden hardnekkig vol, dat de Heilige Servatius was gekomen en zijn pelgrim de heilzame sacramenten had toegediend. En, zoals wij reeds eerder zeiden, tot op de huidige dag horen wij geregeld het verhaal dat de Heilige Servatius in levenden lijve op bezoek was bij Gerlach. Maar dit is een verhaal dat vaak het onderwerp is van gezangen. Wij durven het niet aan daarover een mening te uiten, maar zijn er zeker van dat alles door God werd beschikt. Wie die man ook geweest is, wij twijfelen er niet aan, dat hij door God werd gestuurd. 

43. Vervolgens gaf de man Gods aan de verzamelde vrienden en gelovigen, die om zijn teraardebestelling bekommerd waren, de opdracht zijn lichaam aan de aarde toe te vertrouwen in zijn eigen houten kapel, waarin hij had geleefd, gekleed in het haren kleed en het harnas.

Allen daarop vaarwel zeggend gaf hij zijn geest terug aan de Heer. Het was toen de 5e januari, de vigiliedag van de Verschijning van de Heer (Driekoningen). De plaatselijke gelovigen en ook diegenen die uit heel de streek voor zijn plechtige begrafenis waren gekomen, vertrouwden zijn lichaam, gehuld in harnas en haren kleed, vroom toe aan de aarde in de kapel, op de plaats die hijzelf voor zijn graflegging had aangewezen. En zij gaven hem een plechtige begrafenis volgens de rite van de Katholieke Kerk. 

 

<< VORIGE                                                                               <<TERUG>>